Van grottekeningen tot TikTok: mensen hebben zichzelf altijd vastgelegd in beelden. De geschiedenis van de selfie laat zien dat dit geen hype is, maar een eeuwenoude traditie in een modern jasje.

Van Rembrandt tot TikTok – de geschiedenis van de selfie

Een spiegel van de mens

Mensen leggen zichzelf al eeuwen vast. Van de eerste tekeningen met houtskool tot de selfies die we vandaag maken met onze telefoon. Het is een diep verlangen: zien wie we zijn en dat beeld bewaren. Beelden zijn spiegels, maar ook boodschappen aan de toekomst. Elke generatie gebruikt de technieken van zijn tijd om zichzelf opnieuw uit te vinden; met verf, film of filters.

Rembrandt en de eerste zelfportretten

In de 17e eeuw schilderde Rembrandt tientallen keren zijn eigen gezicht. Hij deed dat niet om applaus te krijgen, maar om zijn ziel te onderzoeken. Soms keek hij trots, soms vermoeid, soms kwetsbaar. Deze schilderijen laten zien dat zelfbeelden niet draaien om ijdelheid, maar om zelfreflectie. Je zou kunnen zeggen dat Rembrandt de eerste influencer was, maar dan met penseel in plaats van pixels.

Fotografie: de selfie wordt voor iedereen

Met de uitvinding van de camera in de 19e eeuw veranderde alles. Voor het eerst konden ook gewone mensen zichzelf laten vastleggen. Een foto ving een moment dat anders langzaam zou vervagen. In studio’s lieten families hun portret maken en wie op reis ging nam vaak een foto mee als aandenken voor thuis. Zo ontstond een eerste vorm van massale beeldcultuur die ons voorbereidde op wat nog zou komen.

De opkomst van de selfie

Vandaag is de selfie niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Toch werd de term pas echt groot na 2014, toen tijdens de Oscar-uitreiking de beroemdste selfie ooit werd gemaakt. Ellen DeGeneres zette samen met een groep Hollywood-sterren een groepsfoto op Twitter die binnen no-time miljoenen keren gedeeld werd. Dat moment maakte de selfie officieel onderdeel van de wereldwijde cultuur.

Critici noemen selfies vaak oppervlakkig, maar je kunt ze ook zien als een creatieve uitlaatklep. Filters, poses en hashtags zijn onze moderne penseelstreken. Net zoals Rembrandt emoties uitdrukte met verf, delen mensen nu hun geluk, emotie of trots via Instagram en TikTok. Het verschil is dat het publiek niet een zaal vol toeschouwers is, maar miljoenen scrollende ogen over de hele wereld.

Beelden als digitale identiteit

In onze tijd zijn selfies meer dan plaatjes. Ze zijn ons visitekaartje. Datingprofielen, LinkedIn-foto’s, TikTok-video’s: allemaal vertellen ze wie we zijn of willen zijn. Rembrandt schilderde zijn identiteit voor de eeuwigheid; wij maken elke dag een nieuwe versie van onszelf in pixels. Beelden laten zien wie we zijn én wie we hopen te zijn.

Waarom we altijd selfies zullen maken

Wat leren we hiervan? Wie zich verdiept in de geschiedenis van de selfie ziet dat dit verlangen om onszelf vast te leggen geen nieuwe trend is, maar al eeuwen bestaat. Of dat nu gebeurt met houtskool, camera of smartphone, de vraag blijft dezelfde: wie ben ik en hoe wil ik gezien worden?

Misschien is de selfie dus helemaal geen hype, maar een eeuwenoude traditie in een modern jasje. Van Rembrandt’s donkere verf tot TikTok’s felle filters: het draait allemaal om hetzelfde verlangen; onszelf vangen in een beeld en daarmee een stukje onsterfelijkheid claimen.

Toch betekent dat niet dat je jezelf blindelings moet vergelijken met anderen of alles hoeft te delen. Soms is het oké om gewoon voor jezelf een moment vast te leggen, zonder dat iemand anders het hoeft te zien.